Twitter

Follow Vanderveeren on Twitter

Federer brengt Plato tot leven

U weet ongetwijfeld dat Roger Federer afgelopen zondag geschiedenis schreef. Niet zozeer omdat hij nu veertien Grand Slams op zijn palmares heeft staan. Mooie prestatie, dat wel. Historisch, als u zelfs wil. Maar niet uniek. Die andere levende legende, Pete Sampras, deed het de Zwitser al voor.

Federer schreef geschiedenis omdat hij de idee ‘tennis’ nu op de vier verschillende baansoorten heeft geëtaleerd. De ‘Fed Express’ stoomde daarbij gracieus langsheen alle oerkrachten. Noch de Parijse aarde, noch het Australische vuur, noch de Amerikaanse wind en noch het Londense water bleken in staat zijn openbaring te dwarsbomen. Plato keek samen met de weergoden tevreden toe vanuit de hemel. Hun tranen van geluk begeleidden twee uur lang Federers overwinningstocht in Parijs. Als afsluiter inspireerde Plato’s liquide inbreng de stoïcijnse Zwitser tot een emotioneel waterspektakel.

De aandachtige lezer vraagt zich ondertussen af, wat een topfilosoof als Plato in godsnaam met een toptennisser als Federer te maken heeft. Wel, los van het feit dat Plato in zijn tijd een succesvolle Griekse gravelbijter was: de ideeënleer. Wie geen Grieks-Latijn volgde op school, noch van het universitaire (luilekker)leven mocht proeven, fronst nu ongetwijfeld de wenkbrauwen. Om het in deze vluchtige internettijden kort te houden: de ideeënleer stelt dat elke individuele zaak een afspiegeling is van zijn enige en onveranderlijke idee.

In concrete tennistermen: als pakweg Novak Djokovic een forehand slaat, is dat niet meer dan een illusie van de idee ‘forehand’. Gebruikt Federer dezelfde slag, dan is dat wél een openbaring van de idee ‘forehand’. Nog concreter en treffender: als Rafael Nadal tennis speelt, vermaakt hij de massa met een schijnvertoning. Vertoont Federer zíjn kunsten in een tennispartij, dan schotelt hij de tenniswereld de pure vorm van tennis voor.


(Foto: Ondergetekende brengt niet meer dan de schijnidee 'Federer')


Nadat de tennisgoden eeuwen geleden de idee ‘tennis’ creëerden, bleek het eindeloos wachten op een aardse vertoning ervan. Rod Laver, André Agassi en Pete Sampras deden in de 20ste eeuw na Christus verdienstelijke pogingen. De jonge Federer ontmoette ‘Pistol Pete’ een eeuw later tijdens diens acteerkunsten op het Heilige Gras van Wimbledon. De toen al minzame Zwitser verloste de oude Sampras uit zijn lijden.

Met die partij als startbasis besloot Federer de idee ‘tennis’ achterna te jagen. Vrij snel volbracht hij dat onmogelijk geachte doel in Londen, New York en Melbourne. Het wereldpubliek boog en masse nederig voor de meester. Om de tennisgoden echter definitief te overtuigen, moest ook het Europese vasteland van de (v)idee kunnen proeven. Het oranje zand in Parijs vormde de laatste ondergrond waarop Federer de idee moest etaleren.

Het Parijse publiek had al veel gehoord van de ideale tennisvertoningen die Federer over de hele wereld bracht en snakte jarenlang om het met eigen ogen te mogen aanschouwen. Een Spaanse heerser, koning Rafa, ontzegde de hoofdstedelingen vijf jaar lang dat pure plezier, tot groot ongenoegen van quasi de hele tennisgemeenschap. Zij wist immers wat de idee ‘tennis’ inhield en wilde dit met de kunstzinnige Parijzenaars delen.

De Zweden, gebeten door rechtvaardigheid, stuurden een vigoureuze Viking op de Spanjaard af. Verkennende duels in Londen en Rome gingen verloren, maar koning Rafa raakte stilaan geïrriteerd door de Zweed, Robin Söderling genaamd. De irritatie sloeg in Parijs om in onmacht en de Zweed onttroonde de Spaanse koning, wat de weg vrijmaakte voor de finesse van Federer.

De goden zagen eindelijk het licht in de Franse hoofdstad en kroonden Federer tot de beste tennisser aller tijden. Wie de idee ‘tennis’ beheerst, hoeft zich niet aan te passen als hij van ondergrond verandert. Federer floreert (nu) overal. Ook Plato’s collega René Descartes keek mee vanuit de Parijse hemel en sloot af met de woorden: “Il joue au tennis, donc il est.”

Roger Federer speelt tennis, ademt tennis, IS tennis.