Ontbloeseming
April. Een veelbelovende meisjesnaam. Maar meer nog de maand waarin het buitenleven opnieuw ontwaakt. Op terrasjes en tennisvelden geniet ik al liggend en lopend van de verloren gewaande buitenlucht. De zintuigen ontmoeten oude vrienden die het leven in onze contreien slechts een zestal maanden per jaar opfleuren. Met de zomer in zicht smeekt het ego het lichaam te verfraaien. Outdoor tennis belooft lijf en longen meer kleur, cachet en kracht.
Het fris gekapte gravelveld straalt als een begerige zandsculptuur in haar ontbloesemende omgeving. Als een vergeten minnares vleit ze zich blozend rood neer, wachtend om bespeeld te worden. Terwijl veeleisende vrouwen een liefdesverklaring eisen, volstaat een zomerabonnement om dit lentetafereel te betreden. Geen gedicht, maar een overschrijving opent de poort der passie.
Ik ontdoe me enigszins schuchter van mijn broek vol goesting. Met een gespeelde blik van verrassing aanschouw ik de effecten van de winterse kleurenpolitiek. Melkwitte benen die enkel in dikte verschillen van de versgelegde lijnen. Elke naakte centimeter verruimt het schaamtegevoel. Gelukkig mag ik van deze lenteliefde mijn weinig sensuele sportsokken aanhouden tijdens mijn amoureuze akkertocht.
Bovendien blijken mijn spelcapaciteiten wél een bron van trots, na een snelle rondblik op de andere terreinen. Tevredenheid treedt uit de teruggedrongen schaduw. Zelfs de stevige voorjaarsbries die mijn baltraject speels in de war in stuurt, brengt me niet uit balans. De zon, inwerkend op huid, geest en gemoed, verlicht de eenzaam zwevende tennisbal. Grauwgeel wordt glanzend goud. In de beste kalverliefdetraditie staat hier de beleving centraal. De roep om resultaat krijgt pas gehoor in mei.
Ervaren spelers beschouwen de seizoensopening als gerommel in de marge. De start van een nieuw streven naar perfectie, verstoord door enkele aprilse grillen. De lente weet nog niet waar ze naar toe wil. Wanneer bij de eerste hittegolf de graveldroogte echter intreedt, denken velen weemoedig terug aan de seizoensstart. De velden nog vochtig, de verwondering nog vers.
Collega’s, geniet van deze periode. In weer en wind. Winnen komt later wel.