Smiling Soldiers of Love
Scandinavië suddert na woelige Vikingtijden al even in een oceaan van vrede. Niet toevallig lijkt me. Een arsenaal aan goudgeel gelokte droomprinsesjes, allen gezegend met een lumineuze lach, ontdooit elke generatie opnieuw de Noordse ijsvlaktes en de harten van de koele krijgers die deze koude trotseren. In Noorwegen toont de oogverblindende mondomtrek zich van haar spontaanste kant. Althans, dat blijkt uit persoonlijk vergelijkend onderzoek in Stockholm, Kopenhagen en Oslo.
Zweedse en Deense deernes zijn overdag minder gul in hun lachgedrag. Behalve de horeca-hostesses dan toch. Het leeuwendeel van de Scandinavische serveuses herschept de kilste koffiebar tot een broeierig heet liefdesnest, waar verlangen en lust al even weelderig vloeien als de Caffè Lattes. Maar de andere stilista’s uit Stockholm houden in naam van het mysterie de mondhoeken onbeweeglijk, terwijl de kuren van de Kopenhaagse kippetjes hun faciale geluksuitingen tot een grillig landschap herleiden.
Niets van deze koudefronten op de Noorse gelaten. Jovialiteit en altruïsme staan er in een eeuwige glimlach gegraveerd. Zelfs noorvrouwen die de schoonheidslegende minder mooi eer aan doen, stralen de pracht van onschuld uit. Gewenste diensten die trager dan voorzien op het dienblad verschijnen, bieden geen bron van ergernis. Hun glimlach masseert elk ongemak ontegensprekelijk weg. De lastigste Amerikaanse toerist dreigt niet langer met een rechtszaak, maar opent de debatten van de slag om het hart van een lieftallige Linnea.
Het Nobel Peace Center ligt nergens beter dan in Aker Brygge, Oslo’s (ontmoetings)haven. Zend vanuit dit nieuwe Christiana Obama en een horde goedlachse Noorse diplomates op vredesmissie naar het Midden-Oosten. Een eclatante entourage. Eventueel gepeperd met een escorte voor fysiek vertier, die niet via de lach maar met sensueel gekreun bruggen bouwt. Volkerenhaat betaalt gegarandeerd het gelag.
Smiling Soldiers of Love. Vuur Liefde af. En stop het geweld in het Heilige Land. Oslo lacht, Oslo straalt, Oslo ontwapent.