Van slippers naar sneeuwboots. Van sportstranden naar schaatspistes. Een gevallen engel uit het Heilige Land.
Ik
voel me verbannen uit Tel Aviv, de hedonistische vrijhaven van de
gespannen staat Israël, waar de levendige geurmix van hummus, wiet en
zeezout mijn sinusitis en stress begroef. Een rakettenschild beschermt
er de bruingebrande kopjes, maar het leven in het Midden-Oosten is
nergens zorgelozer dan op deze Lenteheuvel.
Al
fietsend doorkruist het jongerenpeloton (40% is jonger dan 30) de
talrijke promenades van Tel Aviv om zich nadien met een onnavolgbare
nonchalance te wentelen in überchille strandbars en knusse
koffiehoekjes, waar Britpop en The Doors de cappuccino's met coolness en
poëzie verrijken.
Ook
Jim Morrisons leren broeken zijn ongekend populair. Alleszins bij de
lokale vrouwen, die zich behoorlijk ruig én donker kleden. Tel Aviv
ontsnapte aan de financiële crisis, maar zwart en grijs vullen hier de
vrouwelijke kleerkasten. Ongetwijfeld een erfenis uit hun verplichte
legerdienst, die hen bovendien van een directe aanpak heeft voorzien.
Quite straightforward, these ladies.
Dat
uit zich vooral als ze serveuse spelen, waarbij je naar een glimlach
mag fluiten als de service al included is in de kostelijke afrekening.
Gelukkig zijn er heel wat Europese en Australische collega's die je voor
een fooi van 10% vriendelijk vragen of het - trouwens heerlijke - eten gesmaakt
heeft. Maar ik betaal hoe dan ook begripvol omdat Tel Aviv in feite geen
oord is om te werken.
Eerder
om op het strand te vertoeven, bijna het hele jaar door. De Israëli
omarmen massaal Poseidon, de enige buur waarmee ze in ware harmonie
samenleven. Belangrijkste promenade vormt dan ook de fabuleuze kustlijn
waar de verschillende stranden een stadswijk op zich vormen.
Het
homostrand ligt er droogweg naast de zone waar de joods-orthodoxen baden. Miljarden zandkorrels symboliseren een eindeloos geduld tussen
de verschillende gemeenschappen in Tel Aviv. Tolerantie spoelt continu
aan, vanop Hilton Beach tot in Jaffa.
Ook al cirkelen Apaches dreigend langsheen de staalblauwe hemel, deze zonnekloppers couldn't care less. Terwijl het apocalyptische The End van de schroeven schalt, draaien de kontjes zich nog eens licht verveeld om. Stevige kontjes, overigens.
Maar
waar in Vlaanderen dan al snel het overweight alarm luidt, blijft het
vleesbestand dat zich met de grootste moeite achter de witte gordijntjes
verschuilt perfect in proportie met de rest. Zonder twijfel dankzij het
veelvuldig sporten. Overal duiken volle boezems naar dalende
frisbees en rubberen balletjes, waarmee matkot (beach tennis) wordt
gespeeld.
Ondanks een veelbelovende legende telt Tel Aviv niet opvallend veel mooie vrouwen, maar zij die boven de
middelmaat uitsteken zijn echt bloedmooi. Hun ultralange bruine haren
blinkend van frivoliteit - met dank aan de vele trendy kappers in town -
spelen tikkertje kus met hun flanellen blazers en prikkelend korte
hotpants.
Met de je ne sais quoi air van een Parisienne flaneren deze
toppers over Rotschildt en spieden ze vanachter hun John
Lennon-sunglasses hoe de wachtrij aan Benedict evolueert. In de nasleep
van hun parfum waan je je in 1978, toen Israël met het eeuwig opgewekte A-Ba-Ni-Bi het Songfestival won. Deze donkere diva's staan model voor de ongedwongen sfeer die er doorheen Tel Aviv waart.
Of het allemaal rozengeur en maneschijn is in Tel Aviv, dat lees je in deel 2 van The Riff of Tel Aviv.