Twitter

Follow Vanderveeren on Twitter

Maastricht, Milaan aan de Maas (?)

De eerste looncheque. Na vier weken hard intellectueel labeur in het Vlaams Parlement werd die hallucinante hersenactiviteit naar waarde beloond. Tijd dus om die politieke portefeuille te ledigen. Stijlrijke shopaholics raadden Maastricht als naburig oord der verkwistend verderf aan.

Wie vanuit Brussel naar Nederlands Limburg wil, moet echter hobbelige Waalse wegen trotseren. Het gebrek aan een arsenaal Vlaamse flitspalen verlicht de zetelpijn, maar een doortocht op de Luikse ring verzwaart sowieso het gemoed. Dat inferno aan grauwheid staat in schril contrast met een hemel aan ruimte eens je een kwartier later de Nederlandse grens passeert. Ook in het uiterste zuiden van hun land hebben onze noorderburen de ruimtelijke zaakjes goed op orde.

Die orde wordt waarschijnlijk grotendeels gefinancierd door een restrictief parkeerbeleid in heel Nederland en het hart van Maastricht quasi autovrij houdt. De frisse ochtendwandeling richting centrum openbaarde niet alleen de herintrede van de herfst, maar ook de comeback van de botjes. Geen Hollands gebrek aan vestimentaire klasse, maar een overdaad aan ‘overduidelijke gevallen van elegantie’ in het Milaan aan de Maas.

Al is dat laatste wellicht wat overdreven, gezien de vele massaconfectiewinkels die Maastricht ook telt. Een Amerikaanse openluchtmall dus? Dat zou dan weer wat te goedkoop zijn, in tegenstelling tot de culinaire prijzen die de schaarse eetetablissementen hanteren. Het Zuid-Nederlandse kruispunt tussen Vlaanderen, Duitsland en Wallonië leverde alvast een bourgondische ontgoocheling op.

Een burgerlijke bevolking die al zangerig door het leven gaat - ondanks een gebrekkige eetcultuur - en fier doorheen haar gezellig klein, net stadscentrum schrijdt met het aanstromende water als vloeibare vriend. Mits wat bijkomend langbening blond geweld, waande ik me opnieuw in het Zuid-Zweedse Malmö.

De joviale Limburgers met dito tongval zijn ook heerlijk eerlijk. Aan de kassa vragen ze ter bevestiging ‘Is dat goed?’ en behoeden ze je op die manier voor de gruwelijkste miskoop, ook al zijn dergelijke vragen overbodige kost voor een stijlicoon als ik. Even zelfbewust en degelijk zijn de Duitse dagjesmensen. Ondanks naburige shop- en cultuurmetropolen Keulen en Düsseldorf vinden onze oosterburen naar aloude traditie probleemloos de weg over hun eigen landsgrenzen heen. Dit keer met wat minder lawaai dan goed zestig jaar geleden.

Alsof de Bevrijding nooit heeft plaatsgevonden, hielden we ons als onderdanige Vlamingen zonder morren aan de avondklok. Geen Maastrichtse nachtelijke escapades dus, wat me van definitieve conclusies omtrent de stad weerhoudt. Volgende keer trachten we toch maar een kamer te bedingen in het ‘Pension de Ponti’ van Eva van Dongen. Een Italiaanse keuken onder de politionele supervisie van haar goddelijk blauwe ogen...De (culinaire) hemel hebben we nog te goed in het Milaan aan de Maas.