Twitter

Follow Vanderveeren on Twitter

Kind van dEUS


Ik was negen en reuzefier op mijn nieuwe cd-speler, waarin ik schijfjes stak die futuristisch als vliegende schotels waren. Mijn vader en tante bepaalden mijn prille muzieksmaak. Met een strenge maar alternatieve vaderhand plakte papa thuis de tuningknop vast op 100.6. M'n tante maakte cassettebandjes die ik helemaal kapot beluisterde en dan probeerde te herstellen door er met een potlood aan te draaien.

Openingsnummer op m'n eerste cassette was 'Suds & Soda'. Dit ukje werd prompt weggeblazen, bovenaan liggend op het stapelbed. Door de schouw kwam niet langer de Sint, maar raasde deze gevioleerde wervelwind. Jezus, was dat steviger dan de makke troep die Schuif Af me op zondagmorgen voorschotelde. I was madly in love with FRIDAY FRIDAY FRIDAY. Al begreep ik toen in godsnaam niet wat die rare snuiter van een Stef Kamil Carlens continu riep. Lyrics.com was toen nog toekomstmuziek.

Suds & Soda smaakte even beloftevol als Kidibul, waarmee ik jaarlijks stilaan richting baard in de keel groeide. dEUS werd the talk of my rising town. Thuis lag naast 'Zonnestraal' den Humo, met op de cover frontman Barman en op de laatste pagina Hotellounge bovenaan de Afrekening. Minder goed scoorde de vreemde schrijfwijze van de band in mijn opstelletjes. Juffrouw Martine stemde eerder op Radio 2 af.

Hinkelend richting Golf 2 na een Leuvens familiefeest hoorde ik vanuit een schimmig studentencafé Worst Case Scenario schallen. Ik wilde zo snel mogelijk m'n uniefverhaal beginnen. Uitgaan in de Libertad op de tonen van dEUS zou mijn vrijheid inluiden. Deze dromer zag zijn Pocket Revolution al elke maandag Via het Martelarenplein starten.

Ondertussen heette m'n idool niet langer Franky Van der Elst, maar Tom Barman. Van een geruisloze stofzuiger naar een powerplayer. Ik wilde knallen als m'n held uit de Humo. Lange lokken en een norse blik had ik al, enkel een oorbel ontbrak. De rijzige halve Noor ontpopte zich als goddelijk monster voor mijn moeder.

Maar mama, Barman...Een Belg op MTV. Ik was toen al slim genoeg om in te schatten hoe groots dat wel was. Toen Beavis & Butt-head met dEUS grinnikten, was ik definitief verkocht. Scooter stal m'n eerste zakgeld, maar dEUS ging met m'n hart lopen. They broke my sentiment, dat ik in de puberteit echter hervond. In een fout lustrum gedirigeerd door het gejank van Savage Garden en prangende levensvragen van Fat Joe raakte ik vervreemd van het godendom. Instant Street bevond zich in een verre buitenwijk van mijn met piekjes gemodelleerd universum.

En die afstand konden Barmans 0110-concerten niet dichten. Integendeel. Als zelfverklaarde rechtse zak, vond ik het overdreven profileringsdrang. Nochtans heeft zijn drukte me nooit gestoord. Wat ik bij anderen als zenuwachtige idiotrie kenschetste, beschouwde ik bij Barman als de eeuwige onrust van een genie.

De verzoening liet logischerwijze niet lang op zich wachten. Barman benaderde onze Brusselse bende op een Loveboat-feesje van StuBru aan de Antwerpse kaaien. Ik had het Vantage Point bereikt, van waaruit ik de goddelijke galm opnieuw helder hoorde. The Architect leverde de fundamenten waarop ik als een blok viel voor Eternal Woman (met Martina Stella). Metaforen en een ravissante donna als leidraad voor m'n eigen (schrijvers)pad. dEUS gaf opnieuw richting aan m'n leven.

Het was echter een fantastische Belpop-docu die me helemaal overstag deed gaan. Gesneden nostalgie op het tweede net. Hervonden appreciatie voor een oud lief, met een dubbelticket Vorst als resultaat. Ik wilde 2012 niet in zonder dEUS live te hebben gezien.

Als klap op de vuurpijl schonk Les Ateliers Claus me een vervroegd kerstcadeau. Nou ja, schenken. Urenlang masseerde ik alle hoeken van de F5-knop tot ik drie tickets voor een warm-up gig voor 100 gelukkigen bemachtigde. Van een orgasme gesproken. Een exclusief concert vraagt om eclatant gezelschap, dat ik in de vorm vond van two women who cut the bullshit I confess.

Onder hun hoede en onder de sporen van het Noordstation leidde de legendarische outro van Mauro me richting Instant Extase. Op visite bij dEUS met 99 andere uitverkorenen, dit was een voorschot op de hemel. In ruime mate ingevuld door het nieuwe album 'Keep You Close'. De bombastische titelsong en Constant Now klinken verdacht volwassen. Barman heeft klaarblijkelijk 'The Age of Absurdity' achter zich gelaten.

Met dat boek (oerdegelijke tip van Barman himself) als Bijbel gaat dEUS het boeddhisme achterna. Maar in Vorst regeerde dEUS alleszins als vanouds. Met een bijwijlen machtig klank- en lichtspel daverden hemel (Little Arithmetics) en hel (Dark Sets In). Genadeloze goden.

Volwassen ingeleid trouwens door de gelijkgestemde bende van Balthazar. Deze nieuwe discipelen van dEUS zouden perfect op m'n Laatste Avondmaal passen. Een bijna vol Vorst hief z'n pint op 'Raise your glass to the nighttime and the ways to choose the mood and have it replaced'. Een stevige erfenis die Barman ons schonk. Ook mij, als kind van dEUS.

Matongé Vlaams


De Brusselse Matongéwijk smeult nog steeds na het oproer van de voorbije weken. Een pijnlijke periode voor de reputatie van de nochtans oergezellige buurt. Matongé kampt met de klassieke grootstedelijke problemen, maar quasi overal word je hartelijk ontvangen. Rastakapsels, Euro-ambtenaren in pak, fashionista’s als kwamen ze uit het Londense SoHo. Een Brusselse melting-pot, quoi. En dat allemaal in de schaduw van de prachtig gerenoveerde Sint-Bonifaciuskerk.

Maar een presidentsverkiezing goed 6000 kilometer zuidelijker zette de ganse quartier dagenlang op stelten. Het bruuske geweld dat ermee gepaard ging, verdient alle afkeuring. Provocaties van de politie of niet. Maar het straatprotest had een zeer legitieme reden, in tegenstelling tot vaak andere betogingen in onze hoofdstad. Het hart van Matongé bloedde immers bij het democratisch debacle in Kinshasa.

Deze Belgo-Congolezen verliezen pas hun eeuwige glimlach als hen diep onrecht wordt aangedaan. Een onrecht dat wordt bestendigd door hun verkozen Belgische regering. Want velen blijken te vergeten dat het merendeel van de mensen uit Matongé (ondertussen) Belgen zijn, die - in principe - het federale kabinet mee verkiezen.

Daarom is het vreemd dat de pro-Vlaamse en pro-Weveriaanse pamfletten als rariteiten werden afgeschilderd. Deze burgers maakten een niet meer dan logisch politiek statement op basis van decennialange Belgische struisvogelpolitiek aangaande het faliekante wanbeleid van opeenvolgende Congolese dictators.

Het getuigt van een vreselijk kolonialistisch en neerbuigende houding te denken dat Congolezen geen evidente afweging kunnen maken. Met hun keuze voor De Wever willen deze Brusselse Congolezen komaf maken met de goednieuwsshow die de traditionele partijen met de C-130 steeds vanuit Congo brachten. Franstalige liberalen en Vlaamse christendemocraten weigerden halsstarrig de manifeste corruptie van Kabila aan de kaak te stellen. Nochtans had Karel De Gucht het pad der waarheid geëffend. Toch in dat dossier.

Het Belgisch buitenlands beleid ten aanzien van Congo is gedrenkt in kleurloze inkt, waarmee blanco cheques en uitnodigingen voor ambassadefeestjes worden uitgeschreven. Tekenen van afkeuring halen het perkament niet. Het Congolese pluche zit comfortabeler dan ingaan tegen een regime dat miljoenen Congolezen het recht op een leefbaar bestaan ontzegt.

In Matongé snapt men dat een stem voor De Wever een stem voor verandering is. Ook al zou het vreemd ogen dat een N-VA-politicus de Belgische staat in het buitenland vertegenwoordigt, toch zou men op die post voor een belangrijke trendbreuk kunnen zorgen. Voordat Congo effectief uit elkaar valt en er alleen nog Congolozen zijn.

De Slag bij de Gulden Vlies liet alleszins haar Vlaamse sporen na tussen het puin. In Matongé weerklonk een noodroep om democratie. Een strijd die ook steeds de onze is geweest.

Smokin' Hot


Een femme fatale rookt. Doorgaans dan toch. Mijn benevelde conclusie na een kwarteeuw staren naar schoonheden en sigaretten. Maar waarom geven zoveel beauties zich over aan de macht van nicotine? Zijn ze de botergeile blikken beu en willen ze hun pracht verhullen achter een stinkend rookgordijn? Of vormt de waas van smeulend teer een rookbom in hun mysteriespel?

Met de invoering van het rookverbod is het schisma tussen mooi en lelijk in het nachtleven alleszins zonneklaar. Binnen heerst de saaiheid met schimmelende muurbloempjes als derderangsprinsessen. Sexy staat buiten, flirtend onder de warmteblazers. De bannelingen der maatschappij. Geslaagd op kankerrapporten, gebuisd door politiek en zeden. Maar wie stout is krijgt lekkers (en roet). Smoking is hot.

De exodus der eclatanten naar deze schemerige schiereilanden start steeds met dezelfde openingszin: 'Wil je met mij effe naar buiten gaan?' Het klinkt even veelbelovend als 'wil je met mij naar boven gaan'. Buiten roken draagt een verboden vrucht in zich. Likkebaarden bij de crème de la crème op schimmige terrasjes. Waar rook is, brandt het verleidingsvuur. Smoke gets in my eyes en doet me huilen bij de aanblik van al dat moois. Lichtpuntjes in de duisternis.

Geen wonder dat ook deze niet-roker zich bij die prikkelende massa schaart. Peer pressure van zandloperfiguren, waarbij ik elke nachtelijke seconde wil vertoeven.
Als een loyale puppy loop ik de kokette bazin achterna, die me met de Lucky Strike omhoog naar de uitgang gidst. In haar rooksluier richting altaar. She's pulling on me like a cigarette.

Elk tabakwolkje vormt een vleugje erotiek. Met haar vingers in een v-vorm masseert ze het toverstokje voordat haar lippen het kleinood omsluiten. Elke keer ze met toegenepen oogjes aan de filter zuigt, raak ik in ademnood. Girl, I couldn't get much higher. Tot je die appetijtelijke asbak binnendoet. Zure regen daalt neer op mijn teneergeslagen tong.

Mijn smaakpapillen wijzen resoluut nicotine én whisky af. Zo blijft het imago van Don Draper een eeuwige illusie. Toen ik acht was en droomde telefonist van Buiten de Zone te worden, weigerde ik m'n eerste sigaret. De eerste in een lange rij. Ze mochten zo parisien als Gauloises klinken of exotisch als Camel, ik speelde continu hard to get. Meer nog, I wasn't available. Op verjaardagsfeestjes al vroeg tot ideale schoonzoon gebombardeerd en perspectief op een toptenniscarrière: sigaretten, nee bedankt.

Vorige maand rookte ik dan toch voor het eerst. Gepusht door een gladde advocaat van Lucifer en een bevallige luchtverkoopster. Slechte lucht, bleek snel. Het zullen serieuze poesjes zijn die me nog tot dergelijke katers dwingen.